MotiVaktie

MotiVaktie is uniek en hoort echt bij UniC. Het krijgt in elke bouw een eigen kleur en invulling en het draait altijd om jouw passie en talent.


MotiVaktie in de onderbouw

Wat ga jij doen bij MotiVaktie? In de brugklas ga je ermee aan de slag. Het is een vak waar je voor gemotiveerd bent en waar je voor in actie komt. Het draait om jouw talent. Hoe werkt het? Je krijgt een dagdeel per week. In kleine groepjes praat je over je passies en bepaal je je onderwerp. Daarna maak je een plan van aanpak. Als dat is goedgekeurd door de docent, voer je het uit. Daar ben je ongeveer 6 weken mee bezig. Is het afgerond? Dan presenteer je de resultaten aan de hele groep. Daarna ga je in de volgende periode weer aan de slag met een ander onderwerp. Zo leer je jezelf beter kennen. Het hoeft trouwens niet altijd te lukken. Als je maar een plan hebt, goed samenwerkt en er het beste van maakt. Daar gaat het om. In leerjaar 2 werk je op dezelfde manier. In de middenbouw krijgt MotiVaktie een andere invulling. Dat geldt ook voor de bovenbouw.


LOB in de middenbouw

Vanaf leerjaar 3 krijg je MotiVaktie niet meer als een apart vak, maar is het meer geïntegreerd in loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB). Je gaat keuzes maken: havo of vwo en je kiest ook je profiel en je vakken. Tijdens de (mentor)lessen word je daarin ondersteund door je mentor en de docenten. Je krijgt ook voorlichting en advies over vervolgstudies en beroepen. Je werkt vaak zelfstandig. Je bent bijvoorbeeld intensief bezig met je portfolio. Daarin verzamel je allerlei gegevens over de interesses die je hebt ontwikkeld maar ook op welk niveau je verschillende vakken beheerst.


LOB in de bovenbouw

In de bovenbouw ga je verder met LOB. Zo word je intensief door je mentor begeleid bij de keuzes die je gaat maken, zoals een vervolgstudie. Naast het verplichte eindexamenprogramma krijg je ook de vrijheid om je bezig te houden met onderwerpen die jij de moeite waard vindt. Zo kun je bij veel opdrachten je eigen invulling kiezen. Ook het profielwerkstuk vul je naar eigen inzicht in. Je start ermee in 4 havo of 5 vwo. Het is een eindwerkstuk dat meetelt voor je eindexamen. Je bepaalt zelf het onderwerp en de hoofdvraag, maar die heeft uiteraard wel betrekking op één van je eindexamenvakken.